Hans Groenewegen (1956-2013) was dichter en essayist.
Poëzie van Hans Groenwegen is samengebracht in Grondzee (2000), Lichaamswater (2002), en gingen uit sterven (2005), zuurstofschuld (2008) en van alle angst ontdaan (2011). Zijn beschouwelijke essays zijn als kritieken en kronieken gebundeld in Schuimen langs de vloedlijn (2002), Overvloed (2005), en in Met schrijven zin verzamelen (2012).
Hans Groenwegen is als samensteller en redacteur verantwoordelijk geweest voor historische publicaties over Hans Faverey: Die zo rijk zijn aan zichzelf (1997); over Lucebert: Licht is de wind der duisternis (1999); over Kees Ouwens: En gene schitterde op de rede (2002); en (met Hans Vandevoorde & Anne Marie Musschoot) over Karel van de Woestijne: Al ben ik duister, ‘k zet me glanzend uit (2007).
In 2012 werd Hans Groenewegen onderscheiden met de
Pierre Bayle Prijs voor literaire kritiek.